De knikpiramide van Snofroe

De knikpiramide van Snofroe, Dasjoer.
De knikpiramide van Snofroe, Dasjoer.

Farao Snofroe was de eerste farao uit de 4de dynastie tijdens het Oude Rijk. In zijn 5de regeringsjaar verhuisde hij van Meidoem naar het veertig kilometer noordelijker gelegen Dasjoer. Wat hiervan de reden was, is niet geheel duidelijk. Waarschijnlijk was het gebied rond Dasjoer een betere uitvalsbasis om handel te drijven met Syrië en Levant.

Hoewel Snofroe in Meidoem al gestart was met de bouw van een trappenpiramide gaf hij ook in Dasjoer de opdracht tot de bouw van een piramide. Deze zou echter geen ‘trappen’ krijgen maar direct vanaf de basis uitgevoerd worden met vlakke buitenwanden. Dit was voor het eerst in de geschiedenis van de piramidebouw en in wezen een groot experiment.

De trappenpiramides hadden een hellingshoek van 72 tot 78 graden. Dit was duidelijk te steil voor ‘echte’ piramides. Men begon met de knikpiramide onder een hellingshoek van 60 graden, al snel bleek dat dit ook te steil was. Er traden namelijk verzakkingen op. Men ging over tot een hoek van circa 54,27 graden. Maar ook nu bleven de problemen niet uit. Doordat de bouwers de stenen in lagen legden die naar binnen leunden, nam de druk in de piramide steeds meer toe. Het onstabiele woestijnoppervlak en onzorgvuldig gelegde blokken maakten de problemen alleen maar groter. De piramide werd uiteindelijk afgebouwd met een hellingshoek van 43,22 graden, hierdoor kreeg de piramide zijn karakteristieke knik.

De knikpiramide van Snofroe is niet alleen door vanwege de knik uniek, ook zijn tweedelige inwendige structuur is enig in zijn soort. De piramide heeft twee ingangen, één aan de noordkant en één aan de westkant. De twee lange dalende gangen leiden naar twee afzonderlijke grafkamers.

De westelijke grafkamer kon worden afgesloten door twee valblokken die uit afzonderlijke nissen konden worden neergelaten. De noordelijke grafkamer heeft een voorvertrek dat lager in de piramide was aangebracht dan de grafkamer. Deze vertrekken waren niet voorzien van afsluitblokken. Vanwege de instabiliteit van de piramide zijn bij de bouw al cederhouten balken aangebracht in de vertrekken om deze te verstevigen.

Na de voltooiing van de twee grafkamers is na verloop van tijd een verbindingsgang gemaakt. Het is zeker dat deze is aangelegd door de arbeiders van Snofroe. Waarvoor deze gang diende, is tot op heden een raadsel.

Oostzijde van de piramide van Snofroe, Dasjoer.
Oostzijde van de piramide van Snofroe,
Dasjoer.

Aan de zuidzijde van de knikpiramide van Snofroe stond op kleine afstand de satellietpiramide. Deze veel kleinere piramide was voorzien van een dalende en stijgende gang die uitkwam in de grafkamer. De piramide was gebouwd op een platvorm om verzakkingen te voorkomen. Tevens werden de steenlagen horizontaal aangebracht. Deze drie technieken zou Choefoe ook gebruiken bij de bouw van zijn Grote Piramide in Gizeh.

Aan de oostwand was tegen de knikpiramide aan een kleine kapel gebouwd. Het was een eenvoudig bouwwerk van twee Toera-kalkstenen muren en een dak van platen. Binnenin was de offerplaats met daarachter twee stèles waarop de titulatuur en namen van Snofroe stonden.

Zoals gebruikelijk was ook dit piramidecomplex ommuurd. Vanuit de noordelijke kant van de muur begon de processieweg die naar de daltempel leidde. De hele processieweg stond tussen muren van Toera-kalksteen. Tegen de achterwand van de daltempel stonden zes beelden van de farao. Voor de beelden stonden twee rijen van vijf rechthoekige zuilen die vreemd genoeg het zicht op deze beelden belemmerden. De muren van de binnenplaats waren gedecoreerd met afbeeldingen. Het waren voorstellingen van de verpersoonlijking van de koninklijke landerijen, die producten aanbieden aan de beelden van Snofroe.

RR

Bronnen:
– The Complete Pyramids – M. Lehner
– Foto oostzijde van de piramide – Roel Rijsdam