Jean-François Champollion wordt op 23 december 1790 geboren in Figeac in Frankrijk. Hij is de jongste uit een gezin van zeven kinderen. Het is de tijd vlak na de Franse revolutie: de bestorming van de Bastille in 1789 is het begin van de gewapende volksopstand die leidt tot de vorming van de Franse republiek.
Al in zijn vroege jeugd blijkt dat Champollion zeer bekwaam is in het aanleren van vreemde talen. Hij is een harde werker met een nieuwsgierige geest, maar heeft moeite met de beperkingen van het collectieve onderwijs en de realiteit van het dagelijks leven. Zo gaat Champollion in 1799 na een jaar al van de lagere school af. Een abt leert hem de beginselen van het Latijn.
Het is de tijd dat Napoleon een expeditie naar Egypte leidt: in juli 1798 arriveert een vloot van 54.000 man in Alexandrië, waaronder 167 wetenschappers en kunstenaars die als opdracht hebben het oude Egypte in kaart te brengen. In 1799 vindt een luitenant in het leger van Napoleon bij de plaats Rosetta een steen met daarop een decreet, uitgevaardigd door Ptolemaeus V in zowel het hiërogliefenschrift, het Demotisch schrift als het Grieks. Met deze teksten zal Champollion uiteindelijk het hiërogliefenschrift ontcijferen.
In 1801 gaat Champollion in Grenoble wonen. Daar leert hij, pas elf jaar oud, Hebreeuws en oosterse talen, waaronder Koptisch. Deze kennis zal hem later nog goed van pas komen. In 1804 gaat hij naar de middelbare school, maar ook daar voelt hij zich beperkt in zijn mogelijkheden.
In 1807 vertrekt hij naar Parijs om daar oosterse talen te studeren. Na een jaar keert hij terug naar Grenoble en wordt daar professor in de literatuur en geschiedenis van de oudheid aan de universiteit. Op 30 december 1818 treedt Champollion in het huwelijk met Rosine Blanc bij wie hij in 1824 een dochter Zoraide krijgt.
In 1815 ontsnapt Napoleon van het eiland Elba en grijpt opnieuw de macht. Hij verliest echter de slag bij Waterloo en treedt af als keizer. Champollion en zijn broer steunen Napoleon tijdens deze ‘honderd dagen’ met pamfletten waarop zij de ultraroyalisten aanvallen. Daarom worden ze voor twee jaar naar hun geboorteplaats Figeac verbannen.
Na zijn vrijlating brengt Champollion een brochure uit waarin hij de onderdrukking door de regering veroordeelt en neemt deel aan een antimonarchistische studentenopstand. Daardoor verliest hij zijn betrekking als bibliothecaris in Grenoble. Champollion is een intellectueel, een man met passie en overtuiging en een doorzetter, maar zijn moeilijke karakter met misantropische trekjes brengt hem steeds in de problemen en bezorgt hem veel vijanden.
Het lukt Champollion in 1822 eindelijk om de cartouches van de koningen te ontcijferen, waaruit hij vervolgens een fonetische tekenlijst van hiërogliefen afleidt. Zijn hoop dat zijn ontdekking leidt tot roem en eer blijkt een illusie. De kritiek en jaloezie die hem ten deel valt, omschrijft hij aan een vriend als ‘verachtelijk’ en ‘weerzinwekkend’. Champollion voelt zich onbegrepen, genegeerd en zwartgemaakt. Hoewel er ook steun is van diverse kanten, duurt het nog jaren voordat hij als ontcijferaar van de hiërogliefen wordt erkend.
Na zijn grote ontdekking reist Champollion door Europa om de Egyptische collecties te bestuderen. In 1826 wordt hij de eerste conservator van de Egyptische collectie aan het museum het Louvre. Daarna volgt ook een leerstoel in de egyptologie aan de prestigieuze Collège de France in Parijs. Van augustus 1828 tot november 1829 leidt hij een Frans-Toscaanse expeditie door Egypte die met grote belangstelling door pers en publiek wordt gevolgd en die indrukwekkende resultaten oplevert. Daarmee krijgt hij eindelijk de erkenning die hem toekomt.
Bij zijn terugkeer uit Egypte in december 1829 wordt hij in een slecht verwarmd huis in quarantaine geplaatst, omdat men vermoedt dat de pest heerst in de Oriënt. Het is een zeer strenge winter en Champollion, die is opgebloeid in het klimaat in Egypte, zal hier niet van herstellen. De rest van zijn leven lijdt hij aan een chronische bronchitis en jichtpijnen.
Jean-François Champollion overlijdt op 4 maart 1832. Vanwege zijn grote bijdrage aan het ontcijferen van het hiërogliefenschrift en zijn talloze publicaties, wordt hij beschouwd als de grondlegger van de hedendaagse egyptologie.
RdJ
Lees ook deel 2: Champollion en de ontcijfering van het hiërogliefenschrift
Bron:
– Champollion, het genie dat de hiërogliefen ontcijferde – C. Orgogozo
– Champollion, Une vie de lumières – J. Lacouture